De Muy is het duingebied dat tussen De Koog en De Slufter ligt. Het is ontstaan doordat mensen vanaf De Koog in de afgelopen drie eeuwen zanddijken hebben gebouwd om Texel met Eierland te verbinden. In de duinen hebben vroeger weilanden gelegen. Ze zijn nu allemaal omgevormd tot natuurgebied. Ten zuiden van de Muy liggen de Nederlanden. In de Muy vind je de oudste lepelaarkolonie van het waddengebied. Aan de zeekant, tussen twee zanddijken in, ligt de jongste vallei, de Buitenmuy. Hier groeien bijzondere planten. In een deel van de Muy grazen runderen.
De Muy: uitgestrekte valleien in een door de mens geregisseerd landschap
Tussen Texel en Eierland lag lange tijd een zeegat: het Anegat. Aan het eind van de Middeleeuwen begon dit gat te verzanden. Op een gegeven moment was de doorgang helemaal dicht en kon er een stuifdijk op worden aangelegd. De eerste zanddijk was in 1630 af. In de 18e eeuw groeiden er duintjes op het brede strand ten noorden van De Koog. Achter die duintjes ontstond een kwelder, die Nieuw Nederland werd genoemd. In 1859 bouwden mensen er een dijkje omheen, en werd het een polder. De Muyvallei heeft lange tijd via een doorbraak in de zeereep verbinding gehad met de zee, net als de tegenwoordige Slufter. Het gebied is ingedamd in 1871, door de aanleg van een tweede grote zanddijk aan de Noordzeekant en een dijkje bij de Slufter. De Muyplas is een restant van de oude geul. De Buitenmuy is ontstaan in 1888, door de aanleg van weer een nieuwe zanddijk.
Natuurherstel in de Muy
In 2009 hebben de weilanden van de Nederlanden, midden in De Muy, een ware facelift ondergaan. In opdracht van Staatsbosbeheer zijn grote stukken grasland en duinbegroeiing weggehaald. Zo wilde Staatsbosbeheer de oorspronkelijke bijzondere plantengroei in het gebied laten terugkeren. De vruchtbare humuslaag in de weilanden is afgeplagd. De sloten zijn ondieper, breder en kronkelend gemaakt, waardoor het terrein natter is geworden. Ook dieren profiteren van de ingreep, bijvoorbeeld de rugstreeppad en de noordse woelmuis.
Lepelaars in een bijzonder duinmeer in de Muy
De Muyplas is vooral bekend om zijn lepelaarkolonie. De vogels broeden in lage bomen aan de rand. Zij worden vergezeld door aalscholvers en een kleine kolonie blauwe reigers. Een deel van de jonge lepelaars in de Muy wordt geringd. Sommige krijgen gekleurde ringen, zodat vogelaars ze in het veld kunnen herkennen. Ze zijn teruggezien in Zuidwest-Europa en aan de Afrikaanse westkust. In 1942 zijn beroemde foto’s en filmopnames van de lepelaarkolonie gemaakt door de filmer Nol Binsbergen.
De Muy: duinweiden tussen De Nederlanden en de Slufterdijk
De weilanden van de Muy en de Nederlanden zijn vogelrijk. Er komen kieviten, tureluurs en grutto’s voor. Tussen de weilandjes liggen ruigere percelen, waar blauwe kiekendieven, sprinkhaanzangers en velduilen broeden. In de struiken broeden nachtegalen, grasmussen, fitissen en enkele ransuilen. Sinds 2009 grazen er galloways, ruigharige runderen, het hele jaar door.
Buiten Muy
De Buiten Muy is een jonge duinvallei. Hij is ontstaan doordat een stuk strand werd afgesnoerd door de aanleg van een zanddijk in 1888. In 1992 heeft Staatsbosbeheer een deel van de Buiten Muy 25 centimeter afgegraven om verruiging tegen te gaan. Er groeien planten die op andere plaatsen zeldzaam zijn zoals de slanke duingentiaan. In 1998 werd de zeer zeldzame waardzegge gevonden.
Meeuwen in de Muy
Een van de Texelse zilvermeeuwenkolonies ligt in de Muy. Deze vogels vinden hun voedsel op zee en in de Slufter. Op de buitenste duinenrij zijn enkele kleine stormmeeuwenkolonies.
WWW