Wij hebben momenteel zestien jonge zeehonden in de opvang, allemaal gewone zeehonden geboren in juni-juli. Rohan was de eerste die binnenkwam en was de enige huiler. Huilers zijn dieren die eigenlijk nog bij hun moeder melk zouden moeten drinken. De moederzorg bij gewone zeehonden duurt ongeveer drie weken en bestaat alleen uit het geven van melk.
Zelfstandig, maar toch…
De jonge zeehonden die na Rohan binnenkwamen waren al alleen gelaten door hun moeder en dus al zelfstandig. Blijkbaar lukte het ze niet goed genoeg om vis te vangen, waardoor ze verzwakt of met andere problemen op het strand terecht zijn gekomen. Voorbijgangers vinden de dieren en bellen naar ons, wij gaan dan polshoogte nemen om te zien of er reden tot zorg is. Zo ja, dan gaat de zeehond mee terug naar onze opvang.
Dikke bekken
Heel opvallend bij een aantal van deze zeehonden is dat ze bij binnenkomst een dikke, opgezwollen bek hadden. Mogelijk is dat veroorzaakt door het eten van een vis met stekels zoals zeebaars; jonge zeehonden moeten nog leren welke vissen lekker zijn. Het kan ook komen doordat de moeder ze hardhandig duidelijk heeft gemaakt dat melk drinken niet meer mag. Met pijn in de bek wordt eten een stuk lastiger, waardoor de dieren vermageren. Gelukkig knappen ze hier in de opvang vaak snel van op.
Rust en ruimte
We hebben zes vrouwtjes en tien mannetjes in de opvang. Possy, een dame, was gevonden bij Paal 21 door de reddingsbrigade. Het was erg fijn dat zij de strandgangers uit de buurt hielden tot wij aankwamen. Dat scheelde voor Possy veel stress. In deze drukke tijden op Texel gebeurt het vaak dat zeehonden niet de rust en ruimte krijgen als ze op het strand terechtkomen. Het is nogal angstaanjagend voor zo’n diertje, dat waarschijnlijk voor het eerst in contact komt met mensen. Hoe minder mensen (en honden) dicht in de buurt zijn, hoe beter voor het dier.
Nog een paar
Zeehond Skinny werd gevonden bij de Volharding, aan de Waddenzee-kant van Texel. Wij hebben hem eerst geobserveerd omdat wij dachten dat hij alleen aan het rusten was. Maar er bleek meer aan de hand en we hebben hem toch meegenomen. Gelukkig gaat het inmiddels goed met hem. Muddy werd tussen Paal 14 en 15 gevonden. Hij dankt zijn naam aan het feit dat hij onder de modder zat, hoewel hij op een zandstrand lag.
Pim en Beer
Twee andere zeehonden hebben de namen Pim en Beer gekregen. Pim lag ’s ochtends vroeg op het strand bij Paal 17 en werd gevonden door mensen die eerder die week Ecomare bezocht hadden. Nadat ze ons gebeld hadden, bleven ze op afstand op ons wachten. Wij zagen meteen dat ook deze jonge zeehond een verdikte bek had en hebben hem meegenomen naar de opvang. Beer werd op dezelfde dag als Pim op een druk strand gevonden. Ook hij was niet gezond en mocht bij ons herstellen. Dankzij de oplettende strandgangers krijgen ze een tweede kans!