Gastheren met vleugels
Onlangs is mijn collega Hilde met de auto van Ecomare naar Bremen gereden om twee jan-van-genten op te halen. De vogels maakten deel uit van een groep in de dierentuin aldaar. Omdat de groep jan-van-gent daar wat groot werd voor het verblijf, waren wij benaderd om hen een nieuw thuis te bieden. De vogels hebben bij ons in quarantaine gezeten en zijn nu aan onze vaste groep jan-van-genten toegevoegd. Het zijn een juveniel vrouwtje en mannetje, maar geen broer en zus.
Vogels met een taak
Bij Ecomare hebben we dieren die bij ons blijven en dieren die tijdelijk in de opvang worden verzorgd. Dit geldt voor zowel zeehonden als vogels. Bij de zeehonden houden we de opvangdieren strikt gescheiden van de vaste groep, maar bij sommige vogels is dat anders. En met een goede reden! De jan-van-genten uit de vaste groep spelen namelijk een belangrijke rol bij het herstel van soortgenoten die in de opvang belanden.
In de groep
Jan-van-genten zijn sociale vogels. Ze voelen zich veel prettiger tussen soortgenoten dan in hun eentje. Net als bij mensen is ook bij dieren het geestelijk welbevinden van invloed op lichamelijke processen. Een vogel die zich veilig en prettig voelt, herstelt beter en sneller dan een vogel die stress heeft. Vandaar dat wij jan-van-genten die in de opvang komen, zodra dat kan in de groep plaatsen.
Soortgenoten helpen
Onze vaste groep jan-van-genten bestaat uit acht vogels. Daar zijn nu dus twee uit Bremen bijgekomen. Onze ervaring is, dat samenvoegen probleemloos gaat. De jan-van-genten hebben een grote volière met een zwemvijver, kunstmatige rotsen en een grasveldje tot hun beschikking. Hierin leeft ook een aalscholver. Allemaal vogels die zichzelf in de natuur niet kunnen redden, maar wel soortgenoten kunnen helpen. Regelmatig verblijven ook meeuwen en andere aalscholvers uit de opvang tijdelijk in deze groep.
Verschillende behoeftes
Zeehonden zijn, in tegensteling tot wat je misschien zou denken, geen sociale dieren. Ze liggen wel in groepen op de zandbanken te rusten, maar dat is meer omdat ze daar dan allemaal willen liggen, niet omdat ze het nou zo gezellig vinden. De samenstelling van deze groepen wisselt constant; de dieren gaan allemaal hun eigen weg. Een jonge zeehond leert ook niks van zijn moeder: vis vangen en zwemmen kan hij uit instinct. Dat maakt het opvangen van zeehonden veel makkelijker en succesvoller dan van bijvoorbeeld bruinvissen. Bruinvissen moeten wel van hun moeder leren jagen. Voor zeehonden is het dus niet zielig als ze in hun eentje in een opvangbassin zwemmen. Zo heeft ieder dier zijn behoeftes, waar wij zoveel mogelijk op inspelen.