De Nederlandse zeehondencentra Pieterburen, ASeal en Ecomare en de EHBZ kijken tevreden terug naar hun voorlichtingscampagne van afgelopen winter. Het doel was dat zeehondenpups en hun moeders rust krijgen tijdens de zoogperiode. Alle drie de centra kregen minder grijze zeehondenpups in de opvang dan vorig jaar.

Publiekscampagne

In november hebben de zeehondencentra Ecomare, A Seal en Pieterburen en de strandingsorganisatie EHBZ hun voorlichtingscampagne “maak van een gezonde pup geen wees” voortgezet. Door middel van voorlichting op social media en op de veerboten van de rederijen Doeksen en Wagenborg werd het publiek ingelicht over wat te doen wanneer ze een jonge zeehond aantreffen. Rust en ruimte geven is belangrijk om de moeders en pups in deze periode te helpen.

Compliment

De centra geven dan ook een groot compliment af aan het publiek dat aan de boodschap gehoor gaf. Hoe groot de rol van de campagne is geweest is lastig te duiden, maar feit is wel dat de centra meer meldingen van zeehonden ontvingen, maar minder dieren uiteindelijk hebben moeten opvangen. De centra zijn blij met al deze ontwikkelingen, want zij kunnen hun aandacht dan richten op de dieren die daadwerkelijk opvang nodig hebben.

Huilende pup

Grijze zeehonden worden met een witte vacht geboren en blijven de eerste drie weken op het land liggen. Als de moederzeehond gaat vissen en de pup tijdelijk alleen is, kan het jong een klaaglijk geluid gaan maken. Mensen associëren dit met huilen en denken dan soms dat het dier in nood is. Het is echter normaal gedrag van een jonge zeehond in de zoogtijd om contact te maken met de moeder. Het hoeft geen teken te zijn dat de zeehond verweesd is.

Rust

Zeehonden in deze periode rust gunnen helpt onnodige opvang voorkomen. Rust en observatie op afstand is dus het devies. De beste plek voor een zeehond is uiteindelijk de zee. Bij twijfel is het goed om het dichtstbijzijnde opvangcentrum te bellen. De professionals zullen dan de situatie beoordelen. De centra blijven zich inzetten voor zeehonden die daadwerkelijk in nood zijn.