Bruinvissen zijn zoogdieren, net als wij. Ondanks dat ze er heel verschillend uit kunnen zien, komen de skeletdelen van zoogdieren grotendeels met elkaar overeen. Het skelet van een bruinvis lijkt dus in zekere zin op dat van een mens. Wel verschilt de lengte van sommige botten, hebben ze geen achterpoten en wel een staart. Andere uiterlijke kenmerken, de rugvin, de flippers en het staartblad, zijn van kraakbeen gemaakt.
Zwemmen
Bruinvissen lijken moeiteloos te zwemmen. Hun staart is de motor. Krachtige spieren bewegen het staartblad heen en weer. De rugvin dient voor de koersvastheid. Vergelijk het met een zwaard of scheg bij een vaartuig. Watersporters weten dat zo’n uitsteeksel onder de boot een enorm verschil uitmaakt. De voorflippers dienen als roer, de bruinvis stuurt ermee.
Achterpoten
Walvissen en dolfijnen hebben geen achterpoten. Deze zijn in de loop van de evolutie verdwenen. Hun voorpoten zijn omgevormd tot flippers. Handig als je je hele leven in het water doorbrengt! In de Walviszaal van Ecomare hangen skeletten van verschillende soorten walvissen en dolfijnen. Op de achterwand is de evolutie uitgebeeld. De voorouder van al deze dieren, de Ambulocetus, had nog voor- en achterpoten.
Bruinvissen in het wild
Walvissen zijn er in vele soorten en maten. Bruinvissen horen tot de tandwalvissen, net als orka’s en potvissen. Bruinvissen zijn de kleinste walvissen die er bestaan. In het Nederlandse deel van de Noordzee leven tienduizenden bruinvissen. Doordat ze nooit met meer dan hun kop en rugvin uit het water komen, worden ze meestal alleen gezien als de zee heel vlak is. Een goede plek om bruinvissen vanaf de kant te zien, is De Hors. In februari en maart zwemmen ze daar vaak langs de kust. Ook vanaf de veerboot worden ze geregeld gezien.
Glimlach
Bruinvissen hebben een subtiele, maar heel fraaie tekening. Hun bovenzijde is grijs, hun buik en keel zijn prachtig wit. Net als dolfijnen lijkt het alsof ze altijd blij zijn; hun bek staat in een permanente glimlach-stand. Wij letten op heel andere dingen dan die ‘glimlach’ om te zien of onze bruinvissen het naar hun zin hebben. Als het niet goed met ze gaat, versnelt hun ademhaling. Wij controleren elke dag hun ademhaling door gedurende vijf minuten te tellen hoe vaak ze boven water komen om te ademen. Naast alle gezondheidschecks die we dagelijks doen geeft het ons een goed beeld van hun welbevinden.