Bij ons mensen duurt het, in vergelijking tot de meeste dieren, heel lang voor we volgroeid zijn. In de opvang maken wij regelmatig het hele proces van opgroeien van dieren mee. Daar hadden we de afgelopen tijd weer twee voorbeelden van: de egels die bij toeval bij ons werden geboren en een duifje dat nog maar net uit het ei was gekomen, zijn bij ons volwassen geworden. Echt leuk om hun ontwikkeling te kunnen volgen!
Blind geboren
Zowel de egeltjes als het duifje hadden de eerste dagen hun ogen nog dicht. Dat zie je alleen bij dieren die in een nest blijven liggen en waarvoor intensief gezorgd wordt. Kalfjes of lammetjes bijvoorbeeld, hebben dat niet en gaan ook bijna meteen staan. Ook alle nestvlieders, zoals eenden en ganzen, gaan meteen op pad. Dan heb je je ogen nodig!
Kaal
Egels worden kaal geboren met hun nog zachte stekeltjes onder de huid. De stekels komen kort na de geboorte door, maar blijven nog een tijdlang flexibel. Dat is wel zo prettig als je nog bij je moeder drinkt! Het duifje had gele donsveertjes toen hij in de opvang kwam. Zo’n geel kuiken wordt later wit, dat is ook gebleken. Dat geldt ook voor gele eenden- of kippenkuikens. Andersom geldt het trouwens niet: een witte vogel hoeft als kuiken niet geel te zijn geweest. Denk maar aan meeuwen, die zijn grijsbruin gespikkeld als kuiken. Een veel betere camouflage!
Korte moederzorg
In de Zeehondenopvang zien we de pups ook opgroeien, maar niet tot volwassenheid. Dat duurt een paar jaar. De moederzorg is wel heel kort: na 3 tot 4 weken houdt moeder zeehond het voor gezien en verdwijnt uit het leven van haar jong. Bij de klapmuts, een zeehondensoort die in het noordpoolgebied thuishoort, is het nog extremer. Een klapmutsenmoeder zoogt haar jong maar een paar dagen! Haar melk heeft zo’n hoog vetgehalte dat de pup in die 3-4 dagen meer dan 25 kilo aankomt.
Langer opgevangen
Wij hebben wel wat langer voor de egels en het duifje gezorgd dan hun moeder zou doen. Toen de kleine egels niet meer afhankelijk waren van moedermelk, hebben we hun moeder teruggebracht naar waar ze gevonden was. De jongen moesten nog een stuk groter en zwaarder worden voor ze zichzelf in de winter zouden kunnen redden. Het duifje wilden we pas terugbrengen als hij kon vliegen. Hij mocht oefenen in de volière van de Vogelopvang en is met vlag en wimpel geslaagd voor zijn vliegexamen!