Echt zeldzaam is hij niet, maar bijzonder toch wel! Er zijn al vaker neushoornkevers op Texel gezien, toch blijft het bij enkele meldingen. Aan zijn uiterlijk kan dat niet liggen, want opvallend is hij genoeg. Ecoloog Kees Verschoor vond onlangs een aantal neushoornkevers in zijn tuin in Den Burg.
In broeihopen
De neushoornkever hoort tot de onderfamilie van de reuzenkevers. Terwijl al zijn familieleden in warmere streken voorkomen, kan de neushoornkever zich ook in onze contreien handhaven. Zelfs tot in Scandinavië. De larven van de neushoornkever ontwikkelen zich in broeihopen van plantaardig afval of mest. Dankzij de broei is het er warm, wat de groei bevordert en overleving tijdens de winter mogelijk maakt.
Langlevende larve
De opvallende, hoornachtige structuur aan de bovenzijde van het kopschild komt alleen bij mannelijke neushoornkevers voor. De vrouwtjes hebben de ‘hoorn’ wel in aanleg, maar bij hen ontwikkelt hij zich niet. Het volwassen stadium van de neushoornkever is ook al snel het eindstadium van het dier. De larve leeft wel 3 tot 5 jaar tot hij zich tot volwassen kever verpopt. Deze laatste levensfase duurt vervolgens slechts enkele weken, waarin de voortplanting centraal staat.
Flinke hap
De larven van neushoornkevers zijn niet eenvoudig te onderscheiden van larven van andere grote kevers, zoals meikevers en het vliegend hert. Ze zijn vuilwit van kleur met oranje haartjes en oranje vlekjes aan de zijkant. Ze worden graag gegeten door insecteneters die er, als de larve al wat ouder is, een flinke hap aan hebben.