Afgelopen week lag de bestrating voor onze oudste quarantaine open. Met een goede reden, want er werd een aansluiting gemaakt naar de vuilwaterkelder. Tot nu toe hadden we daar namelijk alleen een afvoer naar het riool. Hierdoor konden we geen zeewater gebruiken in deze quarantaine, want dan zouden wij het riool belasten met zout water. Straks kan dat wel.
Zwemmen in zoet water
Ondanks wat hun naam suggereert kunnen zeehonden in zowel zout als zoet water leven. Er zwemt ook wel eens een zeehond een rivier op, in de brakke Oostzee leven zeehonden en in het Baikalmeer leeft zelfs een robbensoort die alleen daar voorkomt. Het is voor de dieren dan ook geen probleem als ze de eerste tijd in de opvang alleen zoet water tot hun beschikking hebben. Toch wilden we dat graag veranderen.
Uit zee
Het water dat wij in onze bassins, vogelvijvers en aquaria gebruiken, halen we gewoon uit de zee. Tussen Ecomare en het strand lopen twee leidingen door de duinen, met in het midden een pompstation. De inlaat van de pijpleiding zit aan het uiteinde van de pier bij Paal 17. Als de waterstand hoog genoeg is, wordt er water naar Ecomare gepompt. Via de andere pijpleiding gaat het vuile water terug naar zee. Het woord ‘vuil’ moet je hier relatief zien: het is gewoon gebruikt. Bij de vaste groep wordt het water constant gefilterd en langdurig gebruikt, het water in de quarantainebadjes wordt dagelijks verschoond. Dit water gaat rechtstreeks naar de vuilwaterkelder en vandaaruit naar zee.
Liever zeewater
Het vullen van de badjes met zeewater scheelt heel veel leidingwater. Het is daardoor duurzamer en scheelt in de kosten. Voor de zeehonden maakt het, zoals gezegd, niet echt uit. Toch vinden wij het een prettig idee dat ze nu vanaf het begin bij ons in zeewater zwemmen. Mocht een dier een wondje hebben, dan is de ontsmettende werking van zout water toch een prettige bijkomstigheid.
Niet drinken
Als wij mensen alleen zeewater tot onze beschikking zouden hebben, zou het snel met ons zijn afgelopen. Landzoogdieren hebben zoet water nodig om te drinken. Zeehonden en walvissen drinken niet. Zeezoogdieren halen hun water uit de vissen die ze eten. De vissen op hun beurt drinken wel, maar zijn in staat om overtollig zout uit te scheiden. De natuur zit vol ingenieuze aanpassingen! Als een zeehond een tijd niet eet, droogt hij dus ook uit. Daarom geven wij een zeehond die in de opvang belandt eerst ORS, om zijn vochtbalans weer op peil te brengen.