De leerlingen van een school uit het Duitse Wuppertal ontdekten gisteren een bijzondere verschijning op het shirt van de excursieleider van Ecomare. Het bleek om een wespspin te gaan. De school was met een veldwerkprogramma bezig midden op de kwelder van de Slufter. Het is niet de eerste in Nederland (dat was in jaren ’80), ook niet op Texel (2010), en zelfs niet in de Slufter (2014), maar het blijft bijzonder om deze vanuit het zuiden opgerukte, opvallend fraaie spinnensoort te vinden.
De wespenspin in deSlufter (c) Martine Lourens
Naam
De wespspin wordt ook wel tijgerspin genoemd. Die namen hebben alles te maken met het opvallende uiterlijk van de vrouwtjes. Ze heeft een zwart achterlijf met heldere gele, witte en zwarte banden. Die kleuren doen aan een wesp denken, of aan de vacht van een tijger. Mannetjes zien er veel saaier uit. Ze zijn dofbruin en veel kleiner. Wespspinnen kunnen niet steken, maar wel bijten. De beet is ongevaarlijk voor mensen.
Leefgebied
De wespspin komt oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied. Mogelijk door klimaatverandering hebben de spinnen zich verspreid naar het noorden van Europa, tot in Noorwegen. Nu komen ze in grote delen van Europa voor, ook in Nederland. In Nederland is de wespspin voor het eerst gezien in 1980. Dat was in in Limburg. Inmiddels is hij in alle Nederlandse provincies gezien, ook op de Waddeneilanden. De wespspin komt in de maanden augustus en september voor in heidevelden, bermen en graslanden die zelden gemaaid worden. De Slufter lijkt dus een geschikt leefgebied. De excursiedeelnemers hebben de spin gewoon achtergelaten op de plek waar zij gevonden is.