Norderney

Norderney ligt tussen Juist aan de westkant en Baltrum aan de oostkant. Dit op één na grootste van de Nedersaksische eilanden is 14 kilometer lang, maximaal 2 kilometer breed en heeft een oppervlakte van 2.530 hectare. Norderney heeft ongeveer 6.200 inwoners. Naast Borkum is Norderney het enige Nedersaksische eiland waar autoverkeer is toegestaan, al zijn er wel beperkingen. Op Norderney werd het eerste Duitse Noordzeebad gesticht, en nog steeds kent het eiland een uitgebreide kuurcultuur.

Vervoer op Nordeney

Van Norddeich vertrekt een veerpont naar Norderney, onafhankelijk van het getij. De gasten mogen hun auto meenemen, maar de mogelijkheden om te rijden op het eiland zijn beperkt. In Norddeich zijn er parkeergarages, waar de auto veilig staat gedurende het verblijf op het eiland. Het eiland is ook bereikbaar per vliegtuig.

Landschap en natuur op Nordeney

Aan de oostkant van Norderney ligt een grote kwelder, waar onder andere tureluurs broeden. In de duinen zijn 50 hectare loof- en naaldbos geplant. De Südstrandpolder, direct ten oosten van de veerhaven, is een fraai natuurgebied waar veel wadvogels broeden. Deze polder is ooit aangelegd voor een militair vliegveld.

Geschiedenis van Nordeney

De bewoners van Norderney waren vroeger vooral zeelui en vissers. Verder handelden ze in schelpenkalk. In 1797 kreeg Norderney als eerste eiland aan de Duitse Noordzeekust een zeebad. Al snel kwamen er ook een casino en een theater. Koning Georg de Vijfde van Hannover liet er een kasteel bouwen, dat nu dienst doet als Kurhaus. Beroemde Duitsers hebben het eiland bezocht, onder andere de politicus Bismarck, de schrijver Fontane en de dichter Heine.

Bezienswaardigheden op Nordeney

Naast het Kurhaus, het Noordzeebad en het casino heeft Norderney een ‘Heimatmuseum’. Hier zijn de gastenboeken uit het Kurhaus te zien, en je kunt er een deftige Oostfriese theecermonie meemaken. In het bos staat de ‘Waldkirche’, een kerk die alleen uit bomen bestaat. Bij mooi weer zijn er op zondag kerkdiensten.