Kwelders zijn begroeide stukken land die direct, zonder duinenrij of dijken, aan zee grenzen. Ze liggen meestal langs ondiepe getijdengebieden zoals de Waddenzee. Bij storm of extra hoog water komt een kwelder onder water te staan. Ook in het deltagebied komen kwelders voor. Daar heten ze schorren. Met het zeewater meegevoerde zand- en slibdeeltjes komen tussen de planten terecht en spoelen niet meer weg. Door deze opslibbing worden kwelders geleidelijk steeds hoger.
Zoutbad op een kwelder
Er is een groot verschil tussen lage en hoge kwelders. Lage kwelders staan bij vrijwel elk hoogwater onder water, terwijl hoge kwelders alleen bij stormvloed onder water komen. Door het regelmatige zoutbad groeien er op de kwelder alleen maar planten die tegen zout in de bodem kunnen. Kwelders zijn nu zeldzame natuurgebieden met een unieke flora en fauna. Vroeger bestond een kwart of meer van Nederland uit kwelders! Verreweg de meeste zijn al eeuwen geleden ingedijkt.
Kwelders langs het wad en schorren in de Delta
De grootste kwelders van Nederland zijn de Boschplaat op Terschelling en het verdronken land van Saeftinge in Zeeland. Een kwelder heeft een duidelijke zonering. Van hoog naar laag groeien steeds andere planten. Op de laagste plekken vind je zeekraal en Engels slijkgras. Iets hoger groeit kweldergras. Op de middenkwelder groeien lamsoor, zeealsem, zoutmelde, zeeaster en zilte schijnspurrie. Die krijgen alleen zeewater te verduren bij hoge vloed. Op de hoge kwelder komen Engels gras, rood zwenkgras en strandkweek voor.
Het beheer van kwelders verschilt per gebied. Op sommige lopen schapen of runderen, andere kwelders zijn onbeweid. Niet alle kwelders zijn natuurlijk ontstaan. De kwelders langs de Friese en Groningse kust zijn kunstmatig. Ze zijn ontstaan doordat mensen dammetjes hebben aangelegd, zodat het slib goed kon bezinken.
Broeden op de kwelder
Kustvogels zoals sterns, meeuwen en scholeksters zoeken graag een plekje op de kwelder om hun nest te maken. Op de eilandkwelders in het waddengebied doen ook lepelaars dat. Zo’n plek dichtbij de voedselrijke wadgeulen is natuurlijk ideaal voor het grootbrengen van de kuikens. Maar er loert ook gevaar. Doordat er de laatste jaren meer zomerstormen voorkomen worden kwelders steeds onveiliger als broedplaats.
Kwelders op Texel
Tot 1830 had Texel een reusachtige kwelder, het Buitenveld. Die is in de verdere loop van de negentiende eeuw in drie fasen ingepolderd. Die bedijkingen staan nu bekend als de Eijerlandse polder, de Eendracht, en het Noorden . Er is nog een klein stukje ‘Buitenveld’ over, het natuurreservaat de Schorren. De andere grote kwelder op Texel ligt in de vallei van de Slufter. Langs de Mokbaai en een kilometer ten noorden van De Cocksdorp zijn ook kwelders te vinden.
WWW