Een ontdekking van Naturalis leidde tot een teleurgestelde conservator van Ecomare. De in 2004 op Texel aangespoelde walvis, die toen gedetermineerd was als noordse vinvis, blijkt uit DNA-onderzoek een dwergvinvis te zijn. Conservator Arthur Oosterbaan: “Hiermee is er een zeldzaamheid uit mijn collectie verdwenen”. Dwergvinvissen zijn namelijk veel minder zeldzaam in de Noordzee dan noordse vinvissen.
Lastig te determineren
Bij de in 2004 aangespoelde walvis ontbraken verschillende onderdelen die een eenvoudige determinatie mogelijk zouden maken. Zo had het dier geen kop, geen flippers en geen staart. Walvisdeskundige Kees Camphuijsen dacht aan de hand van het aantal keelgroeven dat het om een noordse vinvis ging. Ecomare en Naturalis namen allebei een aantal grotere botten van het dier op in hun collectie, maar er bleef altijd een zweem van onzekerheid rond de determinatie hangen.
Naamplaatje veranderen
Guido Keijl, onderzoeker van Naturalis, heeft onlangs via DNA-analyse ontdekt dat de walvis geen noordse vinvis was, maar een dwergvinvis. Mardik Leopold van Wageningen Marine Research meldde dit nieuwtje tijdens zijn lezing op de Walvisdag bij Ecomare. Arthur Oosterbaan van Ecomare heeft daarmee een taak: de botten van de vermeende noordse vinvis opzoeken in het depot en de naam veranderen.